Ze zegt: “Ik zie hem graag, ik zou liegen als ik zei van niet”
Ze zegt: “Ik zie hem graag, het zou een leugen zijn als ik zei van niet”
Maar het zou beter zijn, als ik hem verliet
Ze zegt: “Ik zie hem graag, maar hij blaft als een hond”
Ze zegt: “Ik zie hem graag, maar hij hapt naar mij zoals een hond”
Zo gedraagt hij zich ook, als hij bij me komt
Hij geeft me geen ontbijt, geen diner… geen respijt
Hij zeurt de hele tijd over mijn appetijt
Hij zegt: “Die kleren heb je niet meer nodig, ik raak ze makkelijk kwijt”
Ik heb er al niet zoveel, terwijl hij met mijn centen smijt
Ze zegt: “Ik ben niet knap, al maak ik me op en kam mijn haar”
Ze zegt: “Ik ben niet knap, zeker niet zoals zij… niet zoals haar”
Maar als hij iets nodig heeft, komt hij bij mij en nooit bij haar
Mannen vinden me grappig, zoet en sappig
Noemen mij schattig, als ze denken aan wat ik heb voor hen
En ik hen met mijn schat verwen
Ze plukken mij helemaal kaal, zodat ik lijk op een… ja op één van hen
Ze zegt: “Ik zie hen graag, ik zou liegen als ik zei van niet”
Ze zegt: “Ik zie hen graag, het zou een leugen zijn als ik zei van niet”
Maar het zou veel beter voor me zijn, als ik niet meer met hen sliep