Mirka rijdt met de metro door de stad, op weg
naar het werk denkt ze aan Tomášek van het Arbeidsbureau
hij heeft een baan voor haar, het is zo’n aardig lieve jongen
ze gaat met hem wat drinken en hij geeft haar een cadeau
hij koopt haar bloemen, bloemen, bloemen, dĕkuju, thank you
witte, rode, gele, roze mooie kleuren zoveel geuren bloemen
ga niet zo hard, het is warm vandaag
ga niet zo hard, het is warm vandaag, het is zo
Mirka weet niet goed wat ze moet met Tomášek
zoals hij naar haar kijkt daar van achter zijn bureau
ze gaat met hem naar bed, hij spreekt over trouwen
en de toekomst en hij geeft haar een cadeau
hij koopt haar bloemen, bloemen, bloemen, dĕkuju, thank you
witte, rode, gele, roze wat moet zij met die bloemen
ga niet zo hard, het is warm vandaag
ga niet zo hard, het is warm vandaag, het is zo
op een avond uit eten in de stad met een vriendin
is daar een man, hij is zoveel ouder dan haar
hij heeft niet eens een baan, toch lijkt hij veel te weten
en voor de avond om is, ligt hij bij haar
hij kan zo zoenen, zoenen, zoenen, zoenen, zoenen…
zoen me nog een keer, hou niet op hou niet op met zoenen
het gaat hard, wat is het heet vannacht
het gaat het gaat, wat ben ik…, wie ben ik…